Triggerpoints in de nek kunnen duizeligheid en een licht gevoel in het hoofd veroorzaken, wat veel mensen met fibromyalgie doen. Deze triggerpoints kunnen je waarneming en evenwichtsgevoel verstoren, waardoor je over dingen valt of struikelt en struikelt. Veel symptomen van hoofd en nek, oren, ogen, neus en keel kunnen worden veroorzaakt door triggerpoints in de nek. In dit bericht leg ik uit: waar zijn deze triggerpoints, welke symptomen veroorzaken en hoe je ze zelf kunt behandelen.
Wat zijn de triggerpoints?
Simpel gezegd, een triggerpoint is een knoop die zich in de spieren vormt en pijn naar andere delen van het lichaam stuurt. De activatiepunten zorgen ervoor dat de spier strakker en korter wordt. Wanneer spieren korter worden, kunnen ze niet het volledige bewegingsbereik doorlopen, waardoor de manier waarop ze bewegen, zitten of staan verandert. Dit leidt tot kracht- en flexibiliteitsproblemen, waardoor er meer activatiepunten ontstaan.
Onderzoek suggereert dat fibromyalgiepijn voornamelijk te wijten is aan myofasciale triggerpoints. Daarom zal het behandelen van triggerpoints helpen de pijn die gepaard gaat met fibromyalgie onder controle te houden.
Triggerpoints in de nek die duizeligheid veroorzaken
Triggerpoints in de nek die duizeligheid kunnen veroorzaken in de sternocleidomastoïde (SCM) spieren. De SCM is een grote spier langs beide zijden van de nek. Het bestaat uit twee met elkaar verbonden spierbanden. Deze spierbanden beginnen vanaf het mastoïdbeen achter het oor. De ene band sluit aan op het borstbeen (borstbeen) en de andere sluit aan op het sleutelbeen (sleutelbeen). De borstband bevindt zich aan de bovenkant van de sleutelbeenband.
De belangrijkste functies van de SCM-spieren zijn om het hoofd heen en weer te draaien en het hoofd naar beneden te laten zakken. De sternocleidomastoïde helpt ook om een stabiele hoofdpositie te behouden tijdens andere lichaamsbewegingen. Elke positie waarbij de nek in een ongemakkelijke positie wordt gehouden, kan triggerpoints veroorzaken.
Een andere functie van de SCM-spier is om het borstbeen omhoog te brengen wanneer u inademt. De spier kan overbelast raken als hij met de borst ademt, in plaats van met het middenrif. SCM helpt ook bij kauwen en slikken.
Symptomen van sternocleidomastoïde triggerpoints
De effecten van sternocleidomastoïde triggerpoints kunnen verrassend wijdverbreid zijn. Symptomen die worden veroorzaakt door SCM-triggerpoints zijn onder meer:
- duizeligheid, vertigo en onbalans
- wazig zien, dubbel zien, overmatig tranen, roodheid van de ogen, hangend ooglid en oogtrekkingen
- gehoorverlies, tinnitus (suizen, zoemen of oorsuizen)
- migraine, sinushoofdpijn
- misselijkheid
- sinuscongestie of sinusdrainage
- chronische hoest, keelpijn
- stijve nek
- koud zweet op haar voorhoofd
- aanhoudende hooikoorts of verkoudheidsverschijnselen
- Moeite met slikken
Wat zijn de oorzaken van sternocleidomastoïde triggerpoints?
Activeringspunten kunnen worden gecreëerd door houdingen die de SCM samentrekken om het hoofd in positie te houden, bijvoorbeeld bij het kijken naar een computerscherm of tijdens het rijden. Als u uw hoofd opzij houdt of uw hoofd voor langere tijd achterover houdt, zal dit zeker problemen veroorzaken. Ademen vanuit de borstkas in plaats van de buik kan ook de SCM-spier overbelasten.
Hier is een lijst met activiteiten die SCM-triggerpoints kunnen creëren:
- Algemene activiteiten
- Houd je hoofd naar één kant gedraaid
- Voorwaartse hoofdhouding
- De telefoon vasthouden met je schouder
- Slapende maag
- Zwaar tillen
- Vallen en zwepen
- Kort been of scoliose of ongemakkelijke houding
- Stress en spierspanning
- Chronische hoest of astma
- Borstademhaling
Triggering van het sternocleidomastoïde triggerpunt
SCM-triggerpoints zijn op zichzelf gemakkelijk op te lossen. De SCM-spiergroep kan zeven triggerpoints bevatten. De sternale divisie heeft meestal 3-4 triggerpoints over de lengte, terwijl de clavicula-divisie 2-3 triggerpoints heeft.
Masseer NOOIT een pols . Als u de sternocleidomastoïde knijpt, in plaats van deze tegen de zijkant van de nek te drukken, blijft deze uit de buurt van de slagaders.
Volg deze stappen om de SCM-triggerpoints vrij te geven:
- Als je in de spiegel kijkt, draai je je hoofd opzij. Je zult de sternale tak zien.
- Pak de spier vast met je duim en gebogen C-vormige vingers en draai je hoofd naar achteren om in de spiegel te kijken.
- Houd je gezicht naar voren, kantel je hoofd iets naar beneden en naar dezelfde kant die je aan het masseren bent.
- Druk hard genoeg om je op je gemak te voelen en probeer onderscheid te maken tussen de twee takken. Elke tak is bijna zo groot als je wijsvinger. Als je goed oplet, zou je ze afzonderlijk moeten kunnen voelen.
- Melk de spier met korte herhaalde bewegingen op en neer, begin in het midden en werk je weg naar de achterkant van het oor, dan naar het sleutelbeen.
- Als je een vlek vindt die pijn doet, knijp dan voorzichtig in het triggerpunt. Verlaag de druk totdat u geen pijn meer voelt. Zodra u onder de pijngrens bent, verhoogt u de druk langzaam gedurende 60-90 seconden.
Doe dit aan beide kanten, een of twee keer per dag. Wees in het begin eenvoudig en werk met een druk die u een goed gevoel geeft.
